De uitgaven aan extramurale geneesmiddelen zijn in 2023 met 3,5% gestegen naar 5,4 miljard euro. Het gebruik van extramurale geneesmiddelen, uitgedrukt in aantal DDD’s, is gedaald met 4,4% naar 8,8 miljard DDD’s. Het aantal gebruikers van extramurale geneesmiddelen is met 1,7% gestegen naar 11,8 miljoen in 2023.
In vergelijking met 2022 dalen de totale uitgaven aan extramurale hulpmiddelenzorg in 2023 met 2,2 % naar 1,75 miljard euro. Het gaat hier echter om voorlopige cijfers. Gemiddeld daalt het aantal gebruikers met 1,1%. De gemiddelde kosten per gebruiker dalen in 2023 met 1,2% in vergelijking met het voorgaande jaar. In 2023 is de data over diabetes hulpmiddelen nog niet volledig. Hierdoor dient voorzichtig te worden omgegaan met het trekken van conclusies op basis van de hulpmiddelendata over 2023. De manier van weergave van de hulpmiddelencijfers op de GIPdatabank zal dan ook opnieuw bekeken worden.
Geneesmiddelen
Algemene ontwikkelingen extramurale geneesmiddelen
Het aantal gebruikers van extramurale geneesmiddelen is in 2023 gestegen naar 11,8 miljoen. Het gebruik van kortdurende geneesmiddelen zoals antibiotica is voor het eerst sinds de coronacrisis weer terug op het niveau van 2019.
De vergoeding per DDD stijgt in 2023 met 8,2% tot 0,61 euro per DDD. Een deel van deze stijging is toe te schrijven aan het op de markt komen van een nieuwe dure geneesmiddelen en een toename van gebruik van andere dure geneesmiddelen. Ook de uitstroom van vitamine D uit het basispakket lijken effect te hebben op de prijs per DDD.
Kijk voor meer informatie over de ontwikkelingen in 2023 in de meerjarentabel.
Grootste stijgers
Ten opzichte van 2022 is Semaglutide, ook wel bekend onder de merknaam Ozempic, de grootste stijger in vergoeding in 2023. De vergoeding van dit geneesmiddelen is gestegen van 55 miljoen euro naar 83 miljoen euro. Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij de behandeling van diabetes mellitus type 2. Ook andere geneesmiddelen die gebruikt worden in de behandeling van diabetes staan in de top 10 van grootste stijgers in 2023. Zo stijgt de vergoeding van Dapagliflozine met 18,5 miljoen ten opzichte van 2023 en komen ook Empagliflozine en Liraglutide in de top 10 voor.
Een andere grote stijger is Tafamidis. De vergoeding van dit geneesmiddel stijgt van 27 miljoen euro naar 41 miljoen euro. Door een uitbreiding in de bijlage 2 voorwaarden voor dit geneesmiddel wordt dit sinds 2022 vergoed voor een grotere populatie gebruikers. Het aantal gebruikers stijgt dan ook van 42 gebruikers in 2021 naar 398 gebruikers in 2023.
Ook het geneesmiddel Rivaroxaban laat in 2023 weer een grote stijging in de vergoeding zien. De vergoeding stijgt met 14 miljoen euro naar 126 miljoen euro. Net als het andere direct werkende orale anticoagulantia Apixaban, behoort dit geneesmiddel al sinds het toetreden op markt in 2012 tot één van de grootste stijgers en behoren zij inmiddels tot de top 3 middelen met de grootste totale vergoeding in 2023.
Kijk voor meer informatie over de grootste stijgers en dalers bij de rapportages ‘Top 25 stijgers’ en ‘Top 25 dalers’ op de GIPdatabank.
Nieuwe geneesmiddelen
In 2023 zijn er een meerdere nieuwe geneesmiddelen op de markt gekomen. Een opvallend nieuw geneesmiddel is Odevixibat (Bylvay®), wat gebruikt wordt in de behandeling van progressieve familiaire intrahepatische cholestase. In 2023 heeft dit middel een vergoeding van 5,3 miljoen euro.
Ook opvallend is het geneesmiddel Risdiplam. Dit geneesmiddel wat gebruikt wordt in de behandeling van 5q-SMA, een zeldzame, erfelijke, progressieve spierziekte, heeft een vergoeding van 4,2 miljoen euro in 2023.
Kijk voor meer informatie over nieuwe geneesmiddelen bij de rapportage ‘Nieuwe geneesmiddelen’ op de GIPdatabank.
Hulpmiddelen
Er zijn de laatste jaren steeds meer vragen over de kwaliteit van de hulpmiddelendata op monitorcode-niveau. Hierdoor zal de weergave van de hulpmiddelencijfers opnieuw bekeken worden. Er zal hier later meer informatie over volgen.
Overige zorgkosten
Meer informatie over zorgkosten van andere stromen binnen de ZVW en WLZ is te vinden op de zorgcijfersdatabank.