1996, januari
Terugheveling Farmaceutische Hulp naar Ziekenfondswet
(Wettelijk kader: Ziekenfondswet)
Aanspraken voor farmaceutische hulp worden terug geheveld van de AWBZ naar de Ziekenfondswet en de particuliere ziektekostenverzekering. Particuliere zorgverzekeraars zullen in de polissen aansluiting zoeken bij de aanspraken voor farmaceutische hulp zoals deze in de Ziekenfondswet zullen gelden (convergentie). In de nieuwe regeling farmaceutische hulp wordt het bevorderen van het voorschrijven op stofnaam expliciet vermeld.
Beoogd effect: verlaging van collectieve lasten (AWBZ) door verschuiving naar de Ziekenfondswet en particuliere ziektekostenverzekering.
Feitelijk effect: kosten voor particulier verzekerden (circa € 0,68 miljard) worden overgeheveld naar particuliere ziektekostenverzekering; kosten voor ziekenfondsverzekerden (circa € 1,59 miljard) worden overgeheveld naar de Ziekenfondswet.
1996, januari
Invoering Positieve Lijst Geneesmiddelen
(Wettelijk kader: Ziekenfondswet)
De (ingewikkelde) bijlagen-systematiek van de regeling farmaceutische hulp wordt vereenvoudigd. De aanspraken worden vastgelegd in een positieve lijst. Slechts geregistreerde geneesmiddelen die op deze lijst staan vermeld, komen voor vergoeding in aanmerking.
De positieve lijst bestaat uit twee bijlagen:
- bijlage 1a: alle geneesmiddelen waarop aanspraak bestaat en waarvoor een vergoedingslimiet is vastgesteld;
- bijlage 1b: alle geneesmiddelen waarop aanspraak bestaat en waarvoor (nog) geen vergoedingslimiet is vastgesteld.
Beoogd effect: eenduidig vastleggen van aanspraken en bijbehorende voorwaarden.
Feitelijk effect: in overeenstemming met de beoogde doelstelling
1996, april
Uitdunning geneesmiddelenpakket
(Wettelijk kader: Ziekenfondswet)
Geneesmiddelen die deel uitmaken van het verstrekkingenpakket zullen opnieuw worden getoetst; onder meer op basis van criteria als werkzaamheid, effectiviteit, therapeutische waarde en doelmatigheid. In een eerste globale opschoningoperatie worden een aantal middelen, waarvan de werkzaamheid en effectiviteit onvoldoende is aangetoond, uit het pakket geschrapt.
Beoogd effect: opschoning van het geneesmiddelenpakket en een kostenbesparing van € 13,6 tot € 18,2 miljoen per jaar.
Feitelijk effect: voor zover bekend heeft geen evaluatie plaatsgevonden.
1996, april
Invoering vergoedingslimieten buiten-WTG-artikelen
(Wettelijk kader: Ziekenfondswet)
De in het kader van het GVS vastgestelde vergoedingslimieten hebben nu ook betrekking op de zogenoemde buiten-WTG-artikelen.
Beoogd effect: verlaging van de door de fabrikant gehanteerde prijzen tot op of onder de vergoedingslimiet; beoogde opbrengst: € 15,9 miljoen.
Feitelijk effect: de feitelijke besparing werd door het GIP indertijd geraamd op € 5,9 miljoen.
1996, juni
Wet Geneesmiddelen Prijzen (WGP)
(Wettelijk kader: WGP)
Omdat de geneesmiddelenprijzen in Nederland hoger zijn dan in de omringende landen is een Wet Geneesmiddelen Prijzen vastgesteld. Op grond van deze wet kan de overheid voor bepaalde geneesmiddelen(groepen) een maximumprijs vaststellen. De maximumprijs is het gemiddelde van de prijzen die voor deze producten worden gehanteerd in de Nederland omringende landen (referentielanden: België, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk). Per 1 juni 1996 zijn voor ongeveer 3.000 geneesmiddelen (orale toedieningsvormen) maximumprijzen vastgesteld. Per 1 september 1996 zijn ook de insulinen en de zetpillen onder de WGP gebracht. Per 1 februari 1997 zijn de oog-/oordruppels en zalven onder de WGP gebracht. Halfjaarlijks worden de maximumprijzen door de minister geactualiseerd en gepubliceerd in de staatscourant.
Beoogd effect: verlaging van de geneesmiddelenprijzen naar Europees niveau; structurele kostendaling van circa € 318 miljoen per jaar.
Feitelijk effect: de opbrengsten van de eerste en tweede tranche worden door het GIP geraamd op circa € 259 miljoen; door VWS wordt de totale besparing (drie tranches tezamen) geraamd op € 318 miljoen op jaarbasis.
De opbrengsten van de WGP zijn aanvankelijk onder druk komen te staan als gevolg van de koersstijgingen van het Britse pond; daartegenover staat dat de koersdalingen in 2003 en 2004 de maximumprijzen hebben doen dalen.
1996, juli
Subsidieregeling AIDS-geneesmiddelen
(Wettelijk kader: AWBZ)
De subsidieregeling geldt voor nieuw geïntroduceerde anti-retrovirale geneesmiddelen. Vooruitlopend op de registratie van deze nieuwe middelen en de beoordeling voor opname in de regeling farmaceutische hulp kunnen de kosten van deze middelen ten laste van de subsidieregeling worden gebracht. In eerste instantie ging het om vier nieuwe middelen: lamivudine, ritonavir, indinavir en saquinavir. De middelen nelfinavir en nevirapine zijn vanaf 24 september 1997 resp. 22 oktober 1997 opgenomen in de subsidieregeling. Na beoordeling en evaluatie van de eerste vier middelen werd de subsidieregeling per 1 februari 1998 weer ingetrokken en zijn genoemde middelen opgenomen op bijlage 1a van het GVS. Voor nelfinavir en nevirapine geldt een overgangstermijn tot uiterlijk 28 maart 1998 respectievelijk 22 april 1998.
Beoogd effect: verbreding van de medicamenteuze behandelingsmogelijkheden voor AIDS-patiënten en HIV-geïnfecteerden.
Feitelijk effect: in overeenstemming met beoogde doel. De kosten die ten laste van deze subsidieregeling werden gebracht, bedragen in 1996 € 6,4 miljoen. De meerkosten van opname van de nieuwe middelen op bijlage 1a van het GVS werden indertijd door het GIP geschat op ruim € 13,6 miljoen op jaarbasis.
1996, oktober
Subsidieregeling griepvaccinatie
(Wettelijk kader: AWBZ)
Deze regeling betreft een programmatische aanpak van grieppreventie van de door de Gezondheidsraad aangewezen risicogroepen en personen van 65 jaar en ouder. De regeling heeft betrekking op de periode: 1 oktober 1996 tot en met 30 april 1997. De aanspraken op griepvaccinatie zijn hierdoor per 1 oktober 1996 uit de regeling farmaceutische hulp voor ziekenfondsverzekerden geschrapt.
Beoogd effect: verhoging van de vaccinatiegraad van de zogenaamde risicogroepen en personen ouder dan 65 jaar.
Feitelijk effect: in overeenstemming met het beoogde effect. De kosten die ten laste van deze subsidieregeling werden gebracht, bedroegen € 27,95 miljoen.